deelden uit
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: deelden uit (hulp, bestand)
- IPA: / ˈdeldə(n) ˈœyt / (3 lettergrepen)
Woordafbreking
- deel·den uit
Woordherkomst en -opbouw
Werkwoord
vervoeging van |
---|
uitdelen |
deelden (…) uit
- meervoud verleden tijd van uitdelen
- Wij deelden uit.
- Jullie deelden uit.
- Zij deelden uit.
- Wij deelden uit.
Gangbaarheid
- Het woord deelden uit staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.