cultuurtaal
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: cultuurtaal (hulp, bestand)
Woordafbreking
- cul·tuur·taal
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van cultuur en taal
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | cultuurtaal | cultuurtalen |
verkleinwoord | cultuurtaaltje | cultuurtaaltjes |
Zelfstandig naamwoord
- (taalkunde) taal die de standaardtaal is in een gebied waar ook dialecten worden gesproken
- In Vlaanderen bestond lange tijd geen Nederlandse cultuurtaal.
Verwante begrippen
Vertalingen
1. taal die de standaardtaal is in een gebied waar ook dialecten worden gesproken
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Gangbaarheid
- Het woord cultuurtaal staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.