computerdeskundige

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • com·pu·ter·des·kun·di·ge
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord computerdeskundige computerdeskundigen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de computerdeskundigev / m

  1. (beroep) (informatica) persoon die verstand heeft van computers, automatisering en informatie verwerkende systemen
     Computerdeskundige Danny Mekic is verbaasd over de plannen. "In de media is steeds gezegd 'er is op zich niks mis met de site maar we gaan er toch nog wat verbeteringen aan doorvoeren zodat hij iets beter bereikbaar blijft' en dan zie ik hier dat ze de website totaal opnieuw gaan bouwen.[1]
     De rechtszaak tegen de voormalige adjunct-hoofdredacteur van de weekkrant Kidsweek is voor onbepaalde tijd aangehouden. De rechter wil eerst een computerdeskundige van de politie horen als getuige, voor de zaak verder gaat. Het uitstel duurt waarschijnlijk een maand of drie.[2]
     Een paar dagen later dook alsnog 'het bonnetje' op. Een ingehuurde computerdeskundige vond het in een oud computersysteem. Minister Opstelten besloot op te stappen en staatssecretaris Teeven ging met hem mee. Hij zei vlak voor zijn vertrek nog dat er met de deal met Cees H. op zich niets mis was.[3]
Synoniemen
Hyperoniemen

Gangbaarheid

Verwijzingen

  1. Bronlink geraadpleegd op 21 november 2021 Weblink bron “Crisis.nl wordt compleet vernieuwd” (26-07-2011), NOS
  2. Bronlink geraadpleegd op 21 november 2021 Weblink bron “Zaak adjunct Kidsweek uitgesteld” (01-05-2013), NOS
  3. Bronlink geraadpleegd op 21 november 2021 Weblink bron “Komt er eindelijk duidelijkheid over de Teevendeal?” (09-12-2015), NOS