borreltafelpraat

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • bor·rel·ta·fel·praat
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord borreltafelpraat
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de borreltafelpraatm

  1. luchtig gekeuvel waarbij het niet altijd zo nauw wordt genomen met de werkelijkheid
     Volgens Tertoolen wordt het respect voor het blauwe zwaailicht al minder. "Je kent de borreltafelpraat van mensen die zeggen dat politiewagens of ambulances door rood rijden met de lichten aan terwijl de urgentie er niet is. Ik ken zelfs een verhaal van een ambulance die met zwaailichten door rood reed en even later bij de snackbar voor de deur stond."[1]
Verwante begrippen

Gangbaarheid

Verwijzingen

  1. Bronlink geraadpleegd op 6 maart 2023 Weblink bron “Weginspecteurs mogen blauw zwaailicht voeren” (Donderdag 12 november 2015, 08:51), NOS