boorvliegen
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: boorvliegen (hulp, bestand)
- (IPA in voorbereiding)
Woordafbreking
- boor·vlie·gen
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | boorvliegen | |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
de boorvliegen mv
- meervoud van het zelfstandig naamwoord boorvlieg
- meervoudsvorm als officiële benaming (tweevleugeligen) Tephritidae een familie van insecten uit de orde vliegen en muggen of tweevleugeligen (Diptera). Ze worden ook wel fruitvliegen genoemd, maar de bekende soorten fruitvliegen uit het geslacht Drosophila behoren tot een andere familie
Hyperoniemen
Hyponiemen (in taxonomische zin)
- [2] akkerdistelboorvlieg, artisjokboorvlieg, aspergevlieg, bertramboorvlieg, biggenkruidboorvlieg, bitterkruidboorvlieg, borstelbekboorvlieg, brandnetelboorvlieg, centauriegalboorvlieg, distelgalboorvlieg, donkere alsemboorvlieg, donkere duizendbladboorvlieg, donkere klitboorvlieg, donkere melkdistelboorvlieg, duindoornboorvlieg, gebandeerde composietenboorvlieg, gebandeerde kruiskruidboorvlieg, geelflank streepzaadboorvlieg, gehoornde boorvlieg, gele guldenroedeboorvlieg, gele klisboorvlieg, gesterde vederdistelboorvlieg, gevlekte composietenboorvlieg, gevlekte kruiskruidboorvlieg, glasvleugeldistelboorvlieg, goudsbloemboorvlieg, groot-streepzaadboorvlieg, grote centauriegalboorvlieg, grote duizendbladboorvlieg, grote knoopkruidboorvlieg, havikskruidboorvlieg, heelblaadjesboorvlieg, heggenrankboorvlieg, hoefbladboorvlieg, jakobskruiskruidboorvlieg, kersenvlieg, kleine bijvoetboorvlieg, kleine duizendbladboorvlieg, kleine knoopkruidboorvlieg, kleine schermbloemboorvlieg, kleine stervlekboorvlieg, klokjesboorvlieg, knoopkruidgalboorvlieg, korenbloemgalboorvlieg, kortborstelbekboorvlieg, kruldistelboorvlieg, leeuwetandboorvlieg, mango-fruitvlieg, margrietboorvlieg, meidoornboorvlieg, middellandse-zeevlieg, moesdistelboorvlieg, morgensterboorvlieg, muizenoorboorvlieg, Nees' boorvlieg, okselknopboorvlieg, olijfvlieg, ongevlekte composietenboorvlieg, Oost-Amerikaanse kersenboorvlieg, oranje composietenboorvlieg, oranjebruine alsemboorvlieg, rode-kamperfoelieboorvlieg, ruige-leeuwentandboorvlieg, saffloerboorvlieg, selderijvlieg, tandzaadboorvlieg, tweevormige composietenboorvlieg, vederdistelgalboorvlieg, walnootboorvlieg, wilgengalboorvlieg, witte engbloemboorvlieg, wollige distelboorvlieg, zulteboorvlieg, zwartpunt-boorvlieg
Gangbaarheid
- Het woord boorvliegen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 11
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Samenstelling in het Nederlands
- Zelfstandig naamwoord in het Nederlands
- Zelfstandignaamwoordsvorm in het Nederlands
- Meervoudsvorm binnen nomenclatuur in het Nederlands
- Tweevleugeligen in het Nederlands
- Insecten in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal