bloktijd
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- blok·tijd
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van blok zn en tijd zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | bloktijd | bloktijden |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
de bloktijd m
- de studieperiode vlak voor een examen
- Eerlijk? Tijdens het luisteren kregen we stiekem heimwee naar onze bloktijden in een tropische studentenbibliotheek. Want Marathonradio klinkt voor een anders soms jachtige commerciële hitzender best warm. Van de Veire, Daeleman en De Cock strooien genereus met grapjes en slagen erin de bubbel te creëren waar je als student moet in zitten om te slagen. [1]
- Het is bloktijd en voor studenten die lijden aan procrastinatie of uitstelgedrag is dat hard. Zowat een vijfde van de studenten zou hardnekkig uitstelgedrag vertonen. Wouter Vindevoghel begeleidt studenten ... [2]
Synoniemen
Verwante begrippen
Gangbaarheid
- Het woord 'bloktijd' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "bloktijd" herkend door:
88 % | van de Nederlanders; |
97 % | van de Vlamingen.[3] |
Verwijzingen
- ↑ De Standaard 19 JUNI 2015 Lennart Van Durme Radio die je kunt ruiken
- ↑ De Standaard 04 JUNI 2012 Tom Ysebaert ‘Ik kon niet studeren want het regende'
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 8
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Woorden met 2 lettergrepen in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands met IPA-weergave
- Samenstelling in het Nederlands
- Zelfstandig naamwoord in het Nederlands
- Niet in Woordenlijst Nederlandse Taal
- Prevalentie Nederland 88 %
- Prevalentie Vlaanderen 97 %