bezettingstroepen

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • be·zet·tings·troe·pen
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord bezettingstroepen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de bezettingstroepenmv

  1. (militair) leger dat de macht heeft overgenomen in een ander dan het eigen land
     "Het is onmogelijk om met Rusland samen te werken. Als het land mee wil doen aan een mondiale coalitie tegen terrorisme, moeten ze eerst uitleggen wat hun bezettingstroepen in Oekraïne doen. En voor Nederland is het heel belangrijk dat Rusland uitlegt wat er is gebeurd met vlucht MH17."[2]
Synoniemen

Gangbaarheid

Verwijzingen

  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. Bronlink geraadpleegd op 17 maart 2023 Weblink bron “Porosjenko waarschuwt voor dubbelhartig Rusland” (Vrijdag 27 november 2015, 20:01), NOS