backlijn

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • back·lijn
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord backlijn backlijnen
verkleinwoord backlijntje backlijntjes

Zelfstandig naamwoord

de backlijnv / m

  1. (voetbal) rand van het strafschopgebied, bij uitbreiding ook gebruikt als aanduiding van dat hele gebied
     Koen Schockaert stuurde even later na een corner van buiten de backlijn het leder staalhard maar via een Torhouts lichaamsdeel tegen de touwen (1 - 1).[1]
Synoniemen

Gangbaarheid

  • frequentie in teksten in het Nederlands uit België, op een 7-puntsschaal: [2]
        5
  • frequentie in teksten uit België, vergeleken met die in Nederland, op een 7-puntsschaal: [2]
        7

Meer informatie

Verwijzingen

  1. dagblad in:
    Ludo Permentier & Rik Schutz
    Typisch Vlaams. 4000 woorden en uitdrukkingen (2015), Davidsfonds, Leuven, ISBN 9789059086517, backlijn
  2. 2,0 2,1
    Ludo Permentier & Rik Schutz
    “Typisch Vlaams. 4000 woorden en uitdrukkingen” (2015), Davidsfonds, Leuven, ISBN 9789059086517, backlijn