auditeur-militair
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- au·di·teur-mi·li·tair
Woordherkomst en -opbouw
- Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘militaire officier van justitie’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1600 [1]
- (samenkoppeling) van auditeur en militair [2]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | auditeur-militair | auditeurs-militair |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
de auditeur-militair m
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Gangbaarheid
- Het woord auditeur-militair staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.