applauswissel
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- ap·plaus·wis·sel
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van applaus zn en wissel zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | applauswissel | applauswissels |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
de applauswissel m
- (sport) een vervanging van een speler in een team zodat de vertrekkende speler extra positieve aandacht krijgt
- ▸ Oranje kwam flitsend uit de kleedkamer, domineerde onder de korf en liep verder uit naar 21-14. Dat gat was niet meer te dichten voor de Belgen. Van den Bos gunde Mady Tims in haar laatste duel voor Oranje een applauswissel.[1]
Synoniemen
Gangbaarheid
- Het woord applauswissel staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Verwijzingen
- ↑ Weblink bron “Achtste wereldtitel korfballers” (Zaterdag 5 november 2011, 10:43), NOS