affutage
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- af·fu·ta·ge
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | affutage | affutages |
verkleinwoord | affutagetje | affutagetjes |
Zelfstandig naamwoord
affutage [3]
- (verouderd) (militair) onderstel voor geschut, affuitwerk
Vertalingen
Gangbaarheid
- Het woord 'affutage' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.