aaneenschakeling

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • aan·een·scha·ke·ling
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord aaneenschakeling aaneenschakelingen
verkleinwoord aaneenschakelingetje aaneenschakelingetjes

Zelfstandig naamwoord

de aaneenschakelingv

  1. het aaneenschakelen
    • Door de aaneenschakeling zonnecellen in meerdere modules kan deze elektriciteit nuttig gebruikt worden in de woning. 
  2. ononderbroken reeks
Verwante begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid