zegenden in

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ze·gen·den in
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

vervoeging van
inzegenen

zegenden (...) in

  1. meervoud verleden tijd van inzegenen
    • Wij zegenden in. 
    • Jullie zegenden in. 
    • Zij zegenden in.