woedden uit
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: woedden uit (hulp, bestand)
Woordafbreking
- woed·den uit
Woordherkomst en -opbouw
Werkwoord
vervoeging van |
---|
uitwoeden |
woedden (...) uit
- meervoud verleden tijd van uitwoeden
- Wij woedden uit.
- Jullie woedden uit.
- Zij woedden uit.
- Wij woedden uit.
Gangbaarheid
- Het woord woedden uit staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.