wielt

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • wielt

Werkwoord

vervoeging van
wielen

wielt

  1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van wielen
    • Jij wielt. 
  2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van wielen
    • Hij wielt. 
  3. (verouderd) gebiedende wijs meervoud van wielen
    • Wielt!