vreemdelingetjes

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • vreem·de·lin·ge·tjes

Zelfstandig naamwoord

de vreemdelingetjesmv

  1. verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord vreemdeling

de vreemdelingetjesmv

  1. verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord vreemdelinge

Gangbaarheid