Naar inhoud springen

voorgaat

Uit WikiWoordenboek
Versie door Kvdrgeus (overleg | bijdragen) op 14 mei 2017 om 01:08 (Nieuwe pagina aangemaakt met '{{=nld=}} {{-pron-}} *{{sound}}: {{audio|nl-{{pn}}.ogg|{{pn}}|nld}} <!--*{{WikiW|IPA}}: {{IPA|/xxxx/|nld}}--> {{-syll-}} *voor·gaat {{-verb-|0}} {{2ps-bijz|voorgaan}}')
(wijz) ← Oudere versie | Huidige versie (wijz) | Nieuwere versie → (wijz)
  • voor·gaat
vervoeging van
voorgaan

voorgaat

  1. (in een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van voorgaan
    • ... dat jij voorgaat. 
  2. (in een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van voorgaan
    • ... dat hij voorgaat.