visch

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Zelfstandig naamwoord

de vischm

  1. verouderde spelling of vorm van vis tot 1935/46
    • Hij vergiste zich hierin niet, maar bij gebrek aan rundvleesch, zou hij zich zeer gaarne eens vergast hebben aan varkens- of hertenvleesch, patrijzen of kwartels of visch, hetgeen met de opbrengst der rijstvelden bijna uitsluitend het voedsel der Japanners uitmaakt. [1] 

Werkwoord

visch

  1. verouderde spelling of vorm van vis tot 1935/46
      Wat doet ge hier? vroeg de koning.
    - Wel ik visch, antwoordde de man.
    [2]

Gangbaarheid

Verwijzingen

  1. "De reis om de wereld in tachtig dagen", Jules Verne
  2. Bronlink geraadpleegd op 19 maart 2024 Weblink bron “De Vlaamsche vertelselschat. Deel 1.” (1925), De Sikkel, Antwerpen, p. 191