vertraagden
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: vertraagden (hulp, bestand)
Woordafbreking
- ver·traag·den
Werkwoord
vervoeging van |
---|
vertragen |
vertraagden
- meervoud verleden tijd van vertragen
- Wij vertraagden.
- Jullie vertraagden.
- Zij vertraagden.
- Wij vertraagden.