vertilt
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- ver·tilt
Werkwoord
vervoeging van |
---|
vertillen |
vertilt
- tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van vertillen
- Jij vertilt.
- derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van vertillen
- Hij vertilt.
- (verouderd) gebiedende wijs meervoud van vertillen
- Vertilt!
Gangbaarheid
- Het woord vertilt staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.