Naar inhoud springen

versombert

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ver·som·bert

Werkwoord

vervoeging van
versomberen

versombert

  1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van versomberen
    • Jij versombert. 
  2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van versomberen
    • Hij versombert. 
  3. (verouderd) gebiedende wijs meervoud van versomberen
    • Versombert! 

Gangbaarheid