verschroeit

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ver·schroeit

Werkwoord

vervoeging van
verschroeien

verschroeit

  1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van verschroeien
    • Jij verschroeit. 
  2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van verschroeien
    • Hij verschroeit. 
  3. (verouderd) gebiedende wijs meervoud van verschroeien
    • Verschroeit!