verrukten
Uiterlijk
- ver·ruk·ten
vervoeging van |
---|
verrukken |
verrukten
- meervoud verleden tijd van verrukken
- Wij verrukten.
- Jullie verrukten.
- Zij verrukten.
- Wij verrukten.
- Het woord verrukten staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.