vermenigvuldigt

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ver·me·nig·vul·digt

Werkwoord

vervoeging van
vermenigvuldigen

vermenigvuldigt

  1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van vermenigvuldigen
    • Jij vermenigvuldigt. 
  2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van vermenigvuldigen
    • Hij vermenigvuldigt. 
  3. (verouderd) gebiedende wijs meervoud van vermenigvuldigen
    • Vermenigvuldigt!