Naar inhoud springen

verhoornt

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ver·hoornt

Werkwoord

vervoeging van
verhoornen

verhoornt

  1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van verhoornen
    • Jij verhoornt. 
  2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van verhoornen
    • Hij verhoornt. 
  3. (verouderd) gebiedende wijs meervoud van verhoornen
    • Verhoornt!