verglijdt
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- ver·glijdt
Werkwoord
vervoeging van |
---|
verglijden |
verglijdt
- tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van verglijden
- Jij verglijdt.
- derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van verglijden
- Hij verglijdt.
- (verouderd) gebiedende wijs meervoud van verglijden
- Verglijdt!