verflenste
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: verflenste (hulp, bestand)
Woordafbreking
- ver·flens·te
Werkwoord
vervoeging van |
---|
verflensen |
verflenste
- enkelvoud verleden tijd van verflensen
- Ik verflenste.
- Jij verflenste.
- Hij, zij, het verflenste.
- Ik verflenste.
- verbogen vorm van verflenst, voltooid deelwoord van verflensen