verbroedert
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: verbroedert (hulp, bestand)
Woordafbreking
- ver·broe·dert
Werkwoord
vervoeging van |
---|
verbroederen |
verbroedert
- tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van verbroederen
- Jij verbroedert.
- derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van verbroederen
- Hij verbroedert.
- (verouderd) gebiedende wijs meervoud van verbroederen
- Verbroedert!