verabsoluteert
Uiterlijk
- ver·ab·so·lu·teert
vervoeging van |
---|
verabsoluteren |
verabsoluteert
- tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van verabsoluteren
- Jij verabsoluteert.
- derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van verabsoluteren
- Hij verabsoluteert.
- (verouderd) gebiedende wijs meervoud van verabsoluteren
- Verabsoluteert!
- Het woord verabsoluteert staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.