utilistischers
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- uti·lis·ti·schers
Bijvoeglijk naamwoord
utilistischers
- partitief van de vergrotende trap van utilistisch
Gangbaarheid
- Het woord 'utilistischers' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.