trivlende

Uit WikiWoordenboek

Noors

Uitspraak
Woordafbreking
  • triv·len·de
Woordherkomst en -opbouw
  1. Bijvoeglijk gebruik van het onvoltooid deelwoord van het Noorse werkwoord trivle
  2. Werkwoord: Noorse bivoeglijknaamwoordsvorm en werkwoordsvorm met het achtervoegsel -ende
Naar frequentie zeldzaam
stellend vergrotend overtreffend
onbepaald
(sterk)
m/v enkelvoud trivlende - - - - - -
o enkelvoud trivlende
meervoud trivlende
bepaald
(zwak)
enkelvoud en
meervoud
trivlende - - - - - -

Bijvoeglijk naamwoord

trivlende

  1. betastend, bevoelend, rondtastend, tastend, vingerend

Werkwoord

trivlende

  1. onvoltooid (tegenwoordig) deelwoord van trivle
Anagrammen