tjoept
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- tjoept
Werkwoord
vervoeging van |
---|
tjoepen |
tjoept
- tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van tjoepen
- Jij tjoept.
- derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van tjoepen
- Hij tjoept.
- (verouderd) gebiedende wijs meervoud van tjoepen
- Tjoept!
Gangbaarheid
- Het woord tjoept staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.