tipsers

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • tip·sers

Bijvoeglijk naamwoord

tipsers

  1. partitief van de vergrotende trap van tips
    • Hij probeerde vriendelijk te blijven, maar omdat ze maar bleef zeuren kwam er langzaam toch iets tipsers in zijn antwoorden. 

Gangbaarheid