streden
Naar navigatie springen
Naar zoeken springen
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- stre·den
Werkwoord
vervoeging van |
---|
strijden |
streden
- meervoud verleden tijd van strijden
- Wij streden.
- Jullie streden.
- Zij streden.
- Wij streden.