stotende
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- sto·ten·de
Werkwoord
vervoeging van: | stoten |
stotende
- verbogen vorm van stotend, het onvoltooid deelwoord van stoten
Bijvoeglijk naamwoord
stotende
- verbogen vorm van de stellende trap van stotend
vervoeging van: | stoten |
verbogen vorm: | stotendee |
stotende
stotende