stilzwegen
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: stilzwegen (hulp, bestand)
Woordafbreking
- stil·zwe·gen
Werkwoord
vervoeging van |
---|
stilzwijgen |
stilzwegen
- (in een bijzin) meervoud verleden tijd van stilzwijgen
- ...dat wij stilzwegen.
- ...dat jullie stilzwegen.
- ...dat zij stilzwegen.
- ...dat wij stilzwegen.