Naar inhoud springen

stand up

Uit WikiWoordenboek

stand up

  1. onovergankelijk opstaan, gaan staan
  2. overgankelijk tegen een muur zetten, doen staan
    «The officer stood the perp up to frisk him.»
    De agent zette de verdachte tegen de muur om hem te fouilleren
  3. overgankelijk iemand laten zitten, niet op komen draven
    «She stood him up on their date.»
    Ze liet hem stikken bij hun afspraakje.