solliciteerden
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- sol·li·ci·teer·den
Werkwoord
vervoeging van |
---|
solliciteren |
solliciteerden
- meervoud verleden tijd van solliciteren
- Wij solliciteerden.
- Jullie solliciteerden.
- Zij solliciteerden.
- Wij solliciteerden.