socialiseert
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- so·ci·a·li·seert
Werkwoord
vervoeging van |
---|
socialiseren |
socialiseert
- tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van socialiseren
- Jij socialiseert.
- derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van socialiseren
- Hij socialiseert.
- (verouderd) gebiedende wijs meervoud van socialiseren
- Socialiseert!