schurkte aan
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- schurk·te aan
Werkwoord
vervoeging van |
---|
aanschurken |
schurkte aan
- enkelvoud verleden tijd van aanschurken
- Ik schurkte aan.
- Jij schurkte aan.
- Hij, zij, het schurkte aan.
- Ik schurkte aan.
vervoeging van |
---|
aanschurken |
schurkte aan