schuift binnen

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • schuift bin·nen

Werkwoord

vervoeging van
binnenschuiven

schuift (...) binnen

  1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van binnenschuiven
    • Jij schuift binnen. 
  2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van binnenschuiven
    • Hij schuift binnen. 
  3. (verouderd) gebiedende wijs meervoud van binnenschuiven
    • Schuift binnen! 

Gangbaarheid