schilderde op
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- schil·der·de op
Werkwoord
vervoeging van |
---|
opschilderen |
schilderde op
- enkelvoud verleden tijd van opschilderen
- Ik schilderde op.
- Jij schilderde op.
- Hij, zij, het schilderde op.
- Ik schilderde op.