sarden
Uiterlijk
- sar·den
| vervoeging van |
|---|
| sarren |
sarden
- meervoud verleden tijd van sarren
- Wij sarden.
- Jullie sarden.
- Zij sarden.
- Wij sarden.
- Het woord sarden staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
| vervoeging van |
|---|
| sarren |
sarden