Naar inhoud springen

rangeerde uit

Uit WikiWoordenboek
Versie door Kvdrgeus (overleg | bijdragen) op 19 jan 2018 om 23:17
(wijz) ← Oudere versie | Huidige versie (wijz) | Nieuwere versie → (wijz)
  • ran·geer·de uit
vervoeging van
uitrangeren

rangeerde uit

  1. enkelvoud verleden tijd van uitrangeren
    • Ik rangeerde uit. 
    • Jij rangeerde uit. 
    • Hij, zij, het rangeerde uit.