röntgenologischers
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- rönt·ge·no·lo·gi·schers
Bijvoeglijk naamwoord
röntgenologischers
- partitief van de vergrotende trap van röntgenologisch
Gangbaarheid
- Het woord 'röntgenologischers' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.