profaneert
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: profaneert (hulp, bestand)
Woordafbreking
- pro·fa·neert
Werkwoord
vervoeging van |
---|
profaneren |
profaneert
- tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van profaneren
- Jij profaneert.
- derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van profaneren
- Hij profaneert.
- (verouderd) gebiedende wijs meervoud van profaneren
- Profaneert!
Gangbaarheid
- Het woord profaneert staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.