percussionistes

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • per·cus·si·o·nis·tes
Woordherkomst en -opbouw

Zelfstandig naamwoord

de percussionistesmv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord percussioniste
     Zeven bespeelsters van de shamisen (een driesnarige luit met een rauwe en blikkerige banjo-achtige klank), zeven percussionistes die met hun traditionele slagwerk allerlei natuurgeluiden verklanken en zeven zangeressen wier gekwelde uithalen telkens diep in de strot worden gesmoord, begeleiden het verhaal van een theedienstertje aan het hof, dat bezeten raakt van een leeuwengeest.[1]

Gangbaarheid

Verwijzingen

  1. Bronlink geraadpleegd op 29 mei 2020 Weblink bron
    Armand Serpenti
    “Kabuki zorgt voor verstilde schoonheid” (16 april 2002) op trouw.nl op Wikipedia