overigens
Uiterlijk
- ove·ri·gens
- Leenwoord uit het Duits, in de betekenis van ‘bijwoord van modaliteit: voor het overige’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1735 [1]
overigens
- buiten het zojuist genoemde om
- Dat is overigens al eerder gezien.
- ▸ Trainers lieten zich overigens niet onbetuigd in dit debat: er is zelfs een eloquente verdediging van de derde- eeuwse auteur Philostratus, waarin de pretenties van de artsen werden doorgeprikt.[2]
- ▸ Het afgeschraapte mengsel van zand, zweet en olie (gloios) werd overigens verzameld en verkocht - er werden genezende eigenschappen aan toegeschreven.[2]
- Het woord overigens staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "overigens" herkend door:
| 99 % | van de Nederlanders; |
| 97 % | van de Vlamingen.[3] |
- ↑ "overigens" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- 1 2 Onno van Nijf“Sportgeschiedenis” (2021), Athenaeum - Polak & Van Gennep
, ISBN 9789025312275 - ↑
Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 9
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Woorden met 4 lettergrepen in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands met IPA-weergave
- WikiWoordenboek:Pagina's die ISBN magische koppelingen gebruiken
- Bijwoord in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal
- Prevalentie Nederland 99 %
- Prevalentie Vlaanderen 97 %