openhielden
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: openhielden (hulp, bestand)
Woordafbreking
- open·hiel·den
Werkwoord
vervoeging van |
---|
openhouden |
openhielden
- (in een bijzin) meervoud verleden tijd van openhouden
- ...dat wij openhielden.
- ...dat jullie openhielden.
- ...dat zij openhielden.
- ...dat wij openhielden.