ontoereikenders
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: ontoereikenders (hulp, bestand)
- IPA: /ɔntuˈrɛikəndərs/
Woordafbreking
- on·toe·rei·ken·ders
Woordherkomst en -opbouw
- ontoereikender met de uitgang -s
Bijvoeglijk naamwoord
ontoereikenders
- partitief van de vergrotende trap van ontoereikend